Sijben & Partners Advocaten
Laan van Hövell tot Westerflier 23
6411 EW, Heerlen
info@sijbenpartners.nl
Laan van Hövell tot Westerflier 23
6411 EW, Heerlen
info@sijbenpartners.nl
Wat is een boeteclausule? Een boeteclausule is een clausule die de verhuurder het recht geeft om een boete op te leggen in het geval de huurder een of meer regels van de huurovereenkomst overtreedt. Een boeteclausule vormt een voldoende prikkel voor de huurder om verplichtingen - zoals de verplichting om tijdig de huur te betalen - na te komen.
Boek 7 inzake het huurrecht van het Burgerlijk Wetboek bevat geen specifieke bepaling over de boeteclausule. De boeteclausule wordt normaliter in een huurovereenkomst of in de algemene bepalingen, behorende bij de huurovereenkomst, opgenomen.
De huurder moet vóór of tijdens het aangaan van de huurovereenkomst de kans hebben gekregen om kennis te nemen van de boeteclausule. Om van toepassing te kunnen zijn dient de huurder er tevens voor te hebben getekend.
Ten aanzien van de huur van bedrijfsruimtes heeft het volgende te gelden: Ook in dergelijke huurovereenkomsten (en/of de bijbehorende algemene bepalingen) kan een boeteclausule zijn opgenomen.
In geval van niet tijdige betaling door de huurder staat in artikel 30.3 algemene bepalingen (versie 2025) dat een huurder van rechtswege een direct opeisbare boete van 1% per maand moet betalen over de huurprijs, met een minimum van € 300,00 per maand, waarbij elke ingetreden maand als een volle maand geldt. Volgens jurisprudentie wordt het boetebedrag van € 300,00 slechts éénmaal per te late betaling toegewezen. Als de huurder langer dan één maand te laat betaald, wordt de boete aldus niet meerdere keren (dus cumulatief) toegewezen. In dat geval bestaat de kans dat het totaalbedrag aan boetes het totaalbedrag aan achterstallige huurpenningen overschrijdt. Dit wordt door de rechter onredelijk geacht, zie ook een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden d.d. 08-02-2022 (ECLI:NL:GHARL:2022:993).
Uit rechtspraak volgt dat een boete op grond van de boeteclausule flink kan oplopen:
Dient de huurder altijd de volledige boete te betalen? Nee, want op grond van artikel 6:94 lid 1 BW kan de rechter - op verzoek van de huurder - een bedongen boete matigen als de billijkheid dit klaarblijkelijk eist. Die maatstaf brengt mee dat matiging alleen aan de orde is als toepassing van een boeteclausule in de gegeven omstandigheden tot een buitensporig en daarom onaanvaardbaar resultaat leidt. Daarbij zal de rechter niet alleen moeten letten op de verhouding tussen de werkelijke schade en de hoogte van de boete, maar ook op de aard van de overeenkomst, de inhoud en de strekking van de boeteclausule en de omstandigheden waaronder het is ingeroepen.
Matiging door de rechter zal eerder aan de orde zijn als het gaat om een (relatief) kleine huurder. De rechter is minder snel geneigd om de boete te matigen in geval van grote (professionele) partijen. Matiging is echter geen gegeven en wordt regelmatig afgewezen.
Kortom, indien de boeteclausule contractueel tussen partijen is overeengekomen wordt een boeteclausule in het huurrecht ten aanzien van de bedrijfsruimte niet oneerlijk geacht te zijn. Een boete kan flink oplopen. Cumulatie van dit boetebedrag is niet toegestaan. Desalniettemin is de huurder gerechtigd om de rechter te verzoeken om het boetebedrag te matigen.
Heeft u vragen of wilt u meer weten over de boeteclausule in een huurovereenkomst? Neem dan vrijblijvend contact op met onze gespecialiseerde huurrechtadvocaten in Heerlen via info@sijbenpartners.nl of bel gerust via 045-560 2200. Wij helpen u graag.