Een conflict over de verkoop van 10 meter hoge kerstbomen mondt uit in een gerechtelijke procedure. De betreffende bomen worden op verschillende stadspleinen door Nederland geplaatst. Helaas voldeden de geplaatste bomen niet aan de verwachting van de lokale bevolking. De uitwerking van een vrolijke kerstgedachte leidt tot jarenlange onderlinge onenigheid.
Op 7 november 2015 heeft een koper 17 “Picca Abies” besteld in België. Het gaat om hoge kerstbomen met specifieke eisen en maten. De bomen dienden onder andere een kegelvorm te hebben en er mochten geen gaten in zitten. De bomen werden gerooid in de Ardennen waarna ze werden geleverd bij verschillende gemeenten in Nederland. Na de levering van de bomen stormde de klachten over de kerstbomen binnen. Ze voldeden niet aan de gestelde eisen en de bevolking vond ze spuuglelijk.
In Deventer werd er zelfs gesproken van de lelijkste boom sinds jaren. Met het jaarlijkse kerstevenement trok Deventer meer dan honderdduizend bezoekers naar de binnenstad. Met dit scharminkel zouden ze een lelijk visitekaartje afgeven. De kritiek van de omwonenden zorgde ervoor dat de boom diende te worden verwijderd door een groenbedrijf. Deventer was niet de enige gemeente met kritiek. Ook Ermelo, Goes en Capelle aan de IJssel hebben geklaagd.
Na een gesprek tussen koper en verkoper zijn er elf nieuwe bomen besteld. Voordat de nieuwe bomen definitief werden gekapt en vervoerd, heeft de koper zijn akkoord gegeven op een voorbeeld van één van de nieuwe bomen. Desalniettemin zijn er ook bij de levering van deze bomen weer klachten van omwonenden binnengekomen. De bomen voldeden nog steeds niet aan de wensen van de omwonenden. Vervolgens zijn er opnieuw acht nieuwe bomen geleverd.
De verkopende partij heeft hierna een factuur gestuurd die gebaseerd is op de totale levering. De kopende partij is het daar echter niet mee eens. Volgens de koper zijn er afwijkende prijsafspraken gemaakt die nu niet worden nageleefd. De koper besluit 1/3e deel van de factuur te voldoen en de rest op te schorten. Dit leidt echter tot escalatie van het conflict. Enkele maanden later ontvangt de koper een dagvaarding voor het resterende bedrag. De koper stelt zich op het standpunt dat het resterende bedrag dient te worden verrekend met de kosten die zijn gemaakt ter vervanging van de lelijke bomen. De verkoper vindt dat de factuur volledig betaald moet worden.
In eerste aanleg heeft de kantonrechter geoordeeld dat het gefactureerde bedrag moest worden verlaagd. Dit was voor de koper echter nog niet voldoende. De koper vond dat het totale openstaande bedrag diende te worden kwijtgescholden. Hij had immers ook schade geleden en daarbij was hij bestaande klanten verloren. De koper is dan ook in hoger beroep gegaan. Helaas heeft ook dat tot op heden nog niet tot een oplossing geleid. Een vrolijke kerstgedachte veranderde in een jarenlange strijd omtrent verschil in smaak.