Weigeren mondkapje als redelijke grond voor ontbinding

Weigeren mondkapje als redelijke grond voor ontbinding

Arbeidsovereenkomst ontbonden door stelselmatig weigeren mondkapje te dragen tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden. Naar oordeel van de kantonrechter dient het weigeren om een mondkapje te dragen zelfs gekwalificeerd te worden als ernstig verwijtbaar handelen zijdens de werknemer en de werknemer ontvangt dan ook geen transitievergoeding.

Werknemer is sinds 24 november 2015 in dienst bij Asito. Asito houdt zich bezig met de reiniging van vliegtuigen op luchthaven Schiphol in opdracht van luchtvaartmaatschappijen zoals Air France-KLM, Emirates en Turkish Airlines. Vanwege de uitbraak van het coronavirus hanteren zowel de luchthaven Schiphol als de klanten van Asito een strikte mondkapjesplicht in (nagenoeg) alle ruimten de luchthaven en aan boord van vliegtuigen. Bij brief van 17 september heeft Asito aan haar medewerkers kenbaar gemaakt dat tijdens de werkzaamheden altijd een mondkapje gedragen moet worden.

Op 1 mei 2021, 31 juli 2021, 1 augustus 2021 en 2 augustus 2021 heeft werknemer geweigerd om gedurende de werkzaamheden een mondkapje te dragen. Asito heeft diverse gesprekken gevoerd met de werknemer, waarbij Asito werknemer heeft gewezen op het belang van het dragen van een mondkapje en gewaarschuwd dat een weigering gevolgen kan hebben voor zijn  dienstverband. Bij brief van 2 augustus 2021 heeft Asito werknemer op non-actief gesteld en de loonbetaling stopgezet. Asito verzoekt de kantonrechter de arbeidsovereenkomst te ontbinden vanwege verwijtbaar handelen, althans een verstoorde arbeidsverhouding.

Naar het oordeel van de kantonrechter is er een redelijke grond voor ontbinding, te weten verwijtbaar handelen van de werknemer, die zodanig is dat van Asito in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Asito heeft, aldus de kantonrechter, als werkgever de bevoegdheid om redelijke voorschriften te geven over het verrichten van de arbeid en ter bevordering van de goede orde in haar onderneming en werknemer is verplicht zich daaraan te houden. Asito mocht daarom aan haar werknemers de verplichting opleggen om tijdens de werkzaamheden een mondkapje te dragen, in lijn met de op dat moment geldende richtlijnen van de luchthaven Schiphol en het RIVM. Daarbij weegt mee dat op een luchthaven meer dan gemiddeld strikte regels en protocollen gelden, waaraan iedereen die daar werkzaam is zich dient te houden. Gelet op het vorenstaande is de kantonrechter van oordeel dat de werknemer verwijtbaar heeft gehandeld door hardnekkig te weigeren om te voldoen aan de instructie van Asito om een mondkapje te dragen. Omdat sprake is van verwijtbaar handelen van werknemer, ligt herplaatsing niet in de rede.

De kantonrechter beschouwt het verwijtbare handelen van de werknemer zelfs als ernstig verwijtbaar handelen. Om die reden ontving de werknemer geen transitievergoeding en is de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van de dag van de uitspraak.

Heeft u vragen over ontslag? Wordt uw organisatie geconfronteerd met arbeidsrechtelijke vraagstukken welke in verhouding staan tot de coronacrisis? Of heeft u andere vragen naar aanleiding van arbeidsrecht? Neem dan vrijblijvend contact op met ons arbeidsrecht team: https://www.sijbenpartners.nl/specialismen/arbeidsrecht